Zicht op thuiszitters
Onderwerp: Onderwijskwaliteit en inspectie

Het doel van dit onderzoek is achterhalen welke factoren van belang zijn voor een aanpak ter voorkoming of beperking van het aantal thuiszittende leerlingen. Het gaat daarbij om het geven van aanwijzingen die relevant zijn voor het handelen van in de eerste plaats professionals in de beroepsgroep van de NVO, en in de tweede plaats door professionals in scholen, besturen en samenwerkingsverbanden.
Verschillen tussen onderwijssectoren: bij de onderwijssectoren valt op dat casussen in het speciaal onderwijs relatief vaak over toelating gaan, en leerlingen in het speciaal onderwijs relatief vaak een diagnose hebben. Verschil van mening tussen school en ouders over de diagnose of ondersteuningsbehoefte van leerlingen wordt in het speciaal onderwijs echter niet benoemd, in tegenstelling tot andere onderwijssectoren. Agressief gedrag wordt vooral in het voorgezet onderwijs benoemd, en in het primair onderwijs wordt relatief vaak benoemd dat er onvoldoende zicht is op de ondersteuningsbehoefte van leerlingen en dat de school onvoldoende gedaan heeft om hier goed zicht op te krijgen.
De belangrijkste aanbevelingen zijn het investeren in een goede communicatie tussen school en ouder, het professionaliseren van onderwijzend personeel in het omgaan met agressief gedrag, het investeren in vroege signalering van verzuim en onderliggende oorzaken, het bieden van begeleiding aan scholen bij het naleven van de zorgplicht, en het versterken van de samenwerking tussen school en samenwerkingsverband in het voorkomen van thuiszitters.