Reactie op Hoofdlijnenakkoord 2024
Woensdagavond 15 mei hebben de vier formerende partijen hun hoofdlijnenakkoord naar buiten gebracht. Op 26 kantjes worden, gerubriceerd naar tien onderwerpen, hun plannen om met hoop, lef en trots te werken aan Nederland, beschreven.
De belangrijkste verkiezingsbeloften van drie van de formerende partijen worden daarbij zichtbaar ingevuld: voor de PVV 3,5 kantjes over asiel en migratie, voor BBB 3,5 kantjes voor landbouw, visserij (en natuur) en voor de NSC 3,5 kantjes voor goed bestuur.
Einde aan subsidieconfetti
De VVD is wellicht wat minder herkenbaar, maar de aandacht voor de middenklasse, verlaging belasting voor de werkenden en stevige afspraken over de overheidsfinanciën zou je hun thema’s kunnen noemen.
Onderwijs was bij de verkiezingen nauwelijks een thema. Gelukkig is het, weliswaar met 1 kantje, in het hoofdlijnenakkoord niet vergeten. Onderwijs is, met zorg samen, een onderwerp dat gaat over toegankelijke publieke voorzieningen. Grote wijzigingen lijken er de komende jaren niet te komen. Maar er zitten wel elementen in, die her en der wel tot verschuivingen kunnen leiden.
Zo is de ambitie om met minder subsidies te werken en weer meer met een structurele financiering herleidbaar tot de stevige inzet van vooral de PO-Raad om een einde te maken aan de subsidieconfetti.
Basisvaardigheden
De inzet die de afgelopen jaren al wat aan het verschuiven was, zal nog sterker worden: inzet op de basisvaardigheden lezen, schrijven en rekenen. Waar bij burgerschap sterk gelet gaat worden op het voorkomen van radicalisering.
Maar met geen woord wordt gesproken over andere grote thema’s in het onderwijs als de onderwijshuisvesting, het lerarentekort (dan alleen inzet op zijinstroom en meer mannen in het onderwijs). En, zeker in de opmaat naar het debat van passend en inclusief onderwijs op 29 mei in de Tweede Kamer bijzonder, wordt niets gezegd over inclusief onderwijs.
Wel, en ik weet niet of dit veelzeggend is: “We hebben aandacht voor passend en speciaal onderwijs…” Ik weet niet of dit iets met onze lobby te maken heeft, maar ongeacht vanuit welke kleur ook, het voelt toch altijd als erkenning als je als sector specifiek wordt genoemd.